Johnson & Johnson richt zich vervolgens op pasgeborenen, zuigelingen en zwangere vrouwen voor COVID-vaccinonderzoeken

Luister naar dit artikel

Op 26 februari 2021 hielden het farmaceutische bedrijf en COVID-vaccinproducent Johnson en Johnson (van Janssen Biotech, Inc.) een briefing van de adviescommissie met hun sponsors. In de briefing (pagina 34) schetsten ze hun plannen om hun experimentele virale vectorvaccin, Ad26.COV2.S, te testen in een aankomend cohort van deelnemers.

Maar terwijl velen in de reguliere media deze “versnelde” vaccinatieproeven toejuichen, twijfelen velen aan de veiligheid en noodzaak van het testen van een gloednieuw vaccin in populaties die zo kwetsbaar zijn als pasgeboren baby’s.

Johnson & Johnson bereidt zich voor om zijn genetisch gemanipuleerde onderzoeksvaccin te testen op adolescenten, pasgeborenen en zwangere moeders

De Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention (CDC) hebben Johnson & Johnson onlangs gemachtigd om zijn COVID-vaccin aan te bieden aan volwassenen van 18 jaar en ouder in de Verenigde Staten. Na hun klinische proeven, richt Johnson & Johnson nu hun onderzoeksdoelstellingen veel sneller op nog niet geteste populaties dan hun farmaceutische tegenhangers.

Terwijl Pfizer-BioNTech en Moderna van plan zijn om de effecten van hun experimentele medicijnen op jongere kinderen geleidelijker te bestuderen, lijkt Johnson & Johnson met volle kracht vooruit te gaan. Ten eerste zullen ze hun vaccin testen op kinderen tussen de 12 en 18 jaar oud, en onmiddellijk daarna op pasgeborenen en adolescenten. De volgende in hun vaccinonderzoeken zullen zwangere vrouwen en hun baby’s zijn, en ten slotte zullen immuungecompromitteerde individuen aan de beurt zijn.

De reguliere media en volksgezondheidsfunctionarissen vieren deze stap en roepen op tot meer gegevens over deze speciale populaties. Het is echter zeer onwaarschijnlijk dat kinderen en zuigelingen aan een ernstige ziekte door COVID-19 zullen lijden en er wordt aangenomen dat ze het virus minder snel zullen oplopen of verspreiden. In een rapport van oktober 2020 van de American Academy of Pediatrics werd geconcludeerd dat kinderen slechts 13 procent van alle COVID-19-gevallen uitmaken, en de CDC verklaarde onlangs in een release van februari 2021 dat ‘persoonlijk leren op scholen niet in verband is gebracht met substantiële gemeenschap overdracht.”

Om deze en meer redenen zijn veel ouders en zorgverleners op hun hoede om niet-goedgekeurde onderzoeksgeneesmiddelen op kinderen te testen.

Opgemerkt moet worden dat het testen van een COVID-vaccin bij een pasgeboren baby of zelfs een jong kind waarschijnlijk samengaat met het normale vaccinatieschema voor kinderen, dat naar historische maatstaven al astronomisch is. Zoals uiteengezet door de Children’s Health Defense, bevatte het vaccinatieschema voor kinderen uit 1986 slechts 12 prikken tegen 8 ziekten. Het vaccinatieschema van vandaag bevat 54 vaccinaties tegen 16 ziekten … 17, mogelijk, als een COVID-19-vaccinatie aan de verplichte lijst wordt toegevoegd.

Johnson & Johnson-prik is anders dan andere COVID-vaccins – hier is hoe

De Pfizer-BioNTech- en Moderna-vaccins die momenteel zijn goedgekeurd voor gebruik in noodgevallen, zijn gebaseerd op nieuwe mRNA-technologie en vereisen (minimaal) 2 doses. Het medicijn van Johnson and Johnson is een viraal vectorvaccin en heeft voorlopig toch maar één dosis nodig.

Dit vaccin is gemaakt met een uitgeschakeld adenovirus (vergelijkbaar met virussen die verkoudheid veroorzaken) dat is ontworpen om menselijke cellen binnen te dringen. Eenmaal binnen geeft het geknipte virus genetische instructies af die deze cellen dwingen kopieën te maken van de karakteristieke spike-eiwitten die worden aangetroffen op het oppervlak van het virus dat COVID-19, SARS-CoV-2 veroorzaakt. Zodra deze piekproteïnen zijn gemaakt, wordt verondersteld dat het immuunsysteem van de ontvanger van het vaccin een krachtige reactie opwekt en antilichamen aanmaakt waarvan wordt aangenomen dat ze de persoon in de toekomst tegen SARS-CoV-2 beschermen.

Met name virale vectorvaccins vereisen doorgaans het gebruik van ongebruikelijke adenovirussen die niet vaak aan mensen worden blootgesteld, zoals die bij chimpansees worden aangetroffen, om een sterke immuunrespons te bevorderen.

Volgens de CDC laten de huidige klinische onderzoeken naar de Johnson & Johnson-prik zien dat het vaccin ongeveer 66 procent effectief is bij het voorkomen van COVID-19. Dit is nauwelijks beter dan het seizoensgriepvaccin, waarvan de CDC zegt dat het een werkzaamheidspercentage heeft van 40 tot 60 procent.

Op dit moment is er geen COVID-vaccin goedgekeurd of goedgekeurd door de FDA.

Bronnen: